Nieuws van het
Franse Culturele
Samenwerkingsnetwerk
in België
Beeldende Kunsten
van

22


maart


- 2024 -
tot

26


mei


- 2024 -

Gaëlle Choisne: exploreren zonder grenzen, tussen jezelf herdefiniëren en artistieke vrijheid


„Jezelf definiëren, herdefiniëren, zonder je te bekommeren om de blik van anderen”. Sprekende woorden van Gaëlle Choisne, Franse kunstenares en winnares van de prijs 'Aware 2021'. In een recent interview gaf ze een woordje uitleg over haar inspiratiebronnen en haar creatieve proces.
 
Haar werk is nog tot 26 mei te zien bij Netwerk Aalst, als onderdeel van de gezamenlijke tentoonstelling Ritual in Transfigured Time. Vanuit een politieke en culturele benadering geeft ze een diepgaand perspectief op onze overexploitatie van de natuur, de beschikbare grondstoffen en de overblijfselen van de koloniale geschiedenis.
 
Hoe definieert u als kunstenares uw artistieke identiteit en uw manier van werken?
 
Ik ben een zeer veelzijdige kunstenares. De omschrijving 'beeldend kunstenaar' is niet slecht, maar wel wat vaag. Mijn manier van werken evolueert constant, afhankelijk van de projecten waaraan ik werk. Dat zorgt ervoor dat ik mezelf voortdurend herdefinieer. Aanvankelijk was ik vooral bezig met beeldhouwen, maar ik maak ook geregeld gebruik van beeldmateriaal, video's en andere visuals. Dat is voor mij een van de centrale punten in mijn werk.
 
Kunstenaars en mensen in het algemeen worden nogal snel in hokjes geplaatst. Persoonlijk vind ik het leuk om mezelf niet constant te hoeven herdefiniëren en de vrijheid te hebben om te zijn wat ik wil en wanneer ik dat wil. Dat is de reden waarom ik vandaag ook zing. Het is misschien niet altijd perfect, maar ik vind het interessant om te laten zien dat je jezelf kunt definiëren en herdefiniëren, zonder je te bekommeren over de blik van anderen. Ik wil anderen inspireren om zelf ook van die vrijheid te proeven, om zich te definiëren zoals ze dat zelf willen.
 
Nu even over 'Temple of Love': hoe heeft die samenwerking zich ontwikkeld sinds de lancering van het project in 2018?
 
Net als ik herdefinieert 'Temple of Love' zichzelf telkens opnieuw, als een levend organisme dat continu blijft evolueren. Het project ontstond in 2018 in het kunst- en onderzoekscentrum Bétonsalon. De eerste prikkel kwam er door het boek Fragments d'un discours amoureux van Roland Barthes. Bij elke nieuwe uitnodiging open ik het boek en neem ik het volgende hoofdstuk. Ik creëer een meer persoonlijke en collectieve vertaling van die relatie met liefde en zet het om naar een meer politieke, sociale en geëngageerde context. Ik geloof niet echt in toeval, maar het boek zegt altijd iets over plaatsen en ruimtes. Er is altijd een soort kruising of afstemming tussen het hoofdstuk, de plaats en het project waaraan ik zal beginnen.
 
Liefde als een politiek antwoord, dat staat centraal in dit project. Het is belangrijk om die emotie een plek te geven in ons dagelijks leven, in de woorden die we gebruiken en in alle aspecten van ons bestaan, ook buiten ons intieme privéleven.
 
Ik heb heel wat documentaires gemaakt over Haïti, over geweld, dekolonisatie en kolonisatie, onderdrukking en segregatie. Met dit project wil ik even een pauze inlassen en afstand nemen van die kritische, pedagogische houding.
Kunt u ons wat meer vertellen over uw werk 'La larme arc-en-ciel' en het idee van 'activering door het publiek'?
 
La larme arc-en-ciel is een sculptuur die op een podium lijkt, geïnspireerd op stadsmeubilair, architectuur en design. De bedoeling is dat het werk 'geactiveerd' wordt door het publiek en dat mensen erop gaan zitten of klimmen. Zo wordt de toeschouwer zelf onderdeel van de tentoonstelling.
 
Er zitten veel betekenissen in deze tentoonstelling, die over het lichaam en dansen gaat. Het roept vragen op over 'het collectief' enerzijds en 'het individu' anderzijds via een podium dat bestaat uit een hele reeks kleine podia die in elkaar passen, maar ook elk afzonderlijk een verhaal vertellen. 
 
Met de activatie van dit werk wil ik een ervaring creëren waarin iedereen wint. Er is geen podium, er is niet één winnaar, we maken allemaal deel uit van een groter geheel. De geluiden en de video die bij de sculptuur horen zijn een soort 'energieportaal': een andere wereld die opengaat.
 
U volgt vaak uw emoties en ontmoetingen. Hoe bent u in uw artistieke carrière tot de eerste performance van Aura gekomen?
 
Het is het resultaat van een maturiteitsproces. Ik heb een zekere artistieke maturiteit bereikt; een punt waarop ik eindelijk met andere kunstenaars kan samenwerken en ook meer durf. Ik ben aan het groeien.
 
Die spirituele dimensie groeit ook in de manier waarop ik werk, vooral door na te denken over de creatie van onze eigen tempels en de manier waarop we ons dagelijkse leven voeden.
 
Op de gegraveerde messingplaat die ik gebruik staan tekeningen die ik beschouw als talismannen, een schriftelijke weerspiegeling van de galactische beweging. Het brengt een soort genezing en bevrijding teweeg, zowel voor zij die kijken als voor zij die luisteren. Het is een manier om het lot af te wenden waartoe heksen en mensen van kleur veroordeeld zijn geweest. Deze tekeningen duiken steeds vaker op in mijn werk. Ik speel met beweging, lichamelijkheid, de vibratie van de plaat en uiteindelijk de trillingsfrequenties van de tekeningen zelf.
 
Ik heb een week samengewerkt met Kettly Noël en Daniele Morelli. Kettly heb ik een jaar geleden ontmoet in Martinique. Ze woont in Parijs en heeft een stichting in Bamako. Daniele Morelli is een Italiaanse gitarist die in Mexico City woont. We hebben een week samen doorgebracht om werk te maken en allerlei dingen te doen. Alles gebeurde puur op improvisatie, we hadden niets voorbereid. We hadden meteen de energie van een trio, ook al kenden we elkaar niet. Het was een magische ervaring.
 
Het was ook de eerste keer dat ik zong. Ik gebruikte een taal van licht; een taal van genezing die tot de ziel spreekt. Ik spreek die taal nu al zo'n tien jaar en ben niet de enige ter wereld die ze spreekt. Dat heet 'glossolalie', een soort klanktaal. Het komt spontaan in me op, via channelling, en ik kan het niet uitschrijven. Het is een taal die je spreekt zonder haar te leren, zonder referentiekader.
 
In 2021 kreeg je de Aware-prijs. Zijn bepaalde vrouwen belangrijk geweest in uw carrière? Welke invloed heeft dit gehad op uw traject als kunstenares?
 
Vooral één figuur is me bijgebleven: een vrouw die ik niet heb kunnen ontmoeten omdat ze is overleden kort nadat ik haar had proberen te contacteren. Het gaat om een Cubaanse kunstenares die Hessie heette en al 20 jaar in Frankrijk woonde.
 
Tijdens de tentoonstelling van Mohamed Bourouissa in het Musée d'Art Moderne de la Ville de Paris werd ik uitgenodigd om te praten over een artistiek erfgoed dat ik onder de aandacht wilde brengen. Ik wou haar in de kijker zetten en haar op die manier opnemen in het erfgoed. Ze maakte couture. Haar werk was heel conceptueel en minimalistisch, met mooie gebaren terwijl ze naaide en heel mooi, fijn garen.
 
Ik ontdekte dat ze in 1973 werk had tentoongesteld in het Musée d'Art Moderne de la Ville de Paris. Ik vroeg om archiefstukken, maar het enige wat overbleef waren twee A4-tjes, zonder foto's. Er werd geen enkel werk van haar aangekocht. Er was alleen een klein boekje, geschreven door een auteur. Alles wat van haar overbleef was die tekst. En toen realiseerde ik me hoe gewelddadig dit was.
 
Sowieso is ze een figuur die me achtervolgt. Ze had een beweging bedacht die Survival Act heette en ik heb mezelf lid verklaard van die beweging. Het is zo'n figuur die heel haar leven werd genegeerd tot ze op haar tachtigste eindelijk aandacht kreeg. We zien ook die storytelling rond vrouwen die volledig aan hun lot overgelaten worden en dan plots opgepikt worden net voor ze volledig in de vergetelheid verdwijnen. Voor galerieën en de kunstmarkt zijn dat soort verhalen zeer aantrekkelijk.
 
Maar om terug te komen op de Aware-prijs: die heeft me wel vooruitgeholpen. Het was een fantastische springplank die resulteerde in een beurs en een tentoonstelling die nog tot 30 juni loopt in de Espace Croisé in Roubaix.
 
U heeft in het atelier van Michel François gewerkt. Welke band heeft u met de Belgische kunstscene?
 
Door Michel heb ik een netwerk van Belgische kunstenaars opgebouwd met wie ik nog steeds contact heb.
 
Tijdens mijn studententijd en mijn stage bij Michel François ben ik gaan houden van de lichtheid waarmee Belgische kunstenaars de kunst benaderen. Kunst wordt hier ontdaan van alle drama en het heilige aura errond, terwijl Franse opleidingen nogal institutioneel zijn.
 
Zelf gebruik ik kunst om de dingen te zeggen die ik wil zeggen: dingen die verbonden zijn met mijn persoonlijke ervaringen, mijn leven en mijn dubbele cultuur. Het is bijna een vorm van auto-antropologie.
 
Ik ben opgegroeid in Frankrijk en miste er de Haïtiaanse cultuur van mijn moeder. We praten weinig over wat afwezig is. Het feit dat een deel van mijn afkomst afwezig was, heeft langdurige gevolgen: de gevolgen van integratie en kolonisatie. Maar het is wel door die dualiteit dat ik diepgaande thema's ben beginnen verkennen met een vleugje lichtheid, liefde, humor en een politieke toets.